zaterdag 19 april 2014

GYMNASTIEKEN HOUDT JE LENIG, DEEL II
 
Wie zal er voor ons zorgen, als wij oud en gebrekkig zijn?
Die vraag dringt zich soms aan mij op. Bijvoorbeeld als ik in de sportschool ben en daar 70- en 80-jarigen hun oefeningen zie doen.
Enkele jaren geleden maakten wij een wandeltrektocht op Kreta. Eén van de etappes eindigde in Sougia, een klein gehucht aan de zuidkust, niet veel meer dan wat kleine herdershuisjes en pensions aan een door bergen omgeven turquoise baai. De stilte in het dorp werd af en toe onderbroken door een kakelende kip of een blaffende hond. Naast ons pension hoorden we ook regelmatig hulpgeroep van een vrouw. In de tuin zagen we een stokoude, gekromde vrouw, met donker omfloerste ogen, gekleed in het zwart. Ze zat met een tuigje in een stoel en slaakte op luide toon kreten die even angstig als boos klonken. Zij zat daar de hele dag op haar eentje. Alleen voor het eten en slapen werd zij naar binnen gehaald.
Nederlandse politici wijzen regelmatig naar het buitenland, zeker als een voorziening daar goedkoper is. Dan mag zelfs Griekenland een voorbeeld zijn. Zo is de ouderenzorg in Nederland flink duurder dan in omringende landen. Daarom wil de overheid dat zorgbehoevende ouderen langer thuis blijven wonen. Verzorgingshuizen worden in hoog tempo gesloten.
Zoals wel vaker met het overheidsbeleid valt er op de analyse van de problematiek niet veel aan te merken: de kosten rijzen de pan uit en instellingen hospitaliseren. Onder druk van de bezuinigingen schiet men echter in de aanpak van de problemen te ver door.
Toen mijn moeder ging dementeren en een licht herseninfarct kreeg, was zij niet meer in staat zelfstandig thuis te wonen. Op haar 87e verhuisde zij naar een verzorgingshuis in haar dorp. Dat huis bood veiligheid, verzorging bij alledaagse zaken en, niet in de laatste plaats, sociale contacten en groepsbezigheden. Samen koffie drinken en gymnastieken bevordert het welzijn. Mijn moeder bloeide op in deze omgeving.
Het huidige regeringsbeleid wordt gekenmerkt door wensdenken. Alle hoop is erop gevestigd dat mensen elkaar in een wijk ondersteunen. Maar als ‘s morgens een groot deel van de bevolking naar het werk is vertrokken, blijven de zieken, gestoorden en senioren tezamen met de Marokkaanse werksters achter. In de Volkskrant hield een ouderenadviseur daarom een pleidooi om de hoop niet op de wijk te vestigen, maar op de familie. Dat lijkt me even idealistisch. De familie zwermt straks over de hele wereld uit.
Als we weinig mogen verwachten van de buurt of de familie, dan is het maar het beste, dat wij, als we oud zijn, bij elkaar gaan wonen en elkaar helpen, met verzorging en toezicht op afroep. Dat lijkt me toch een stuk aantrekkelijker dan het zo lang mogelijk zelfstandig, maar o zo vereenzaamd in eigen huis de dood afwachten.
Als ik mijn eigen teennagels niet meer kan knippen, dan kan ik nog wel die van de buurvrouw doen. En als ik mijn sleutels kwijt ben, weet mijn buurman in de rolstoel die misschien te vinden.
Voor mij zou het wel een voorwaarde zijn, dat we in de woongroep een redelijke verdeling over de verschillende vocale stemmen hebben. Zodat we nog zolang mogelijk het niveau van Daar was laatst een meisje loos kunnen ontstijgen. Voor liefhebbers van modelvliegtuigen, verzamelaars van biedermeier serviezen en gezondheidszorgeconomen zijn er vast wel andere woongroepen te vinden.
Ik ken mensen die al jaren bezig zijn zo’n woonvorm op te zetten. Dat kost veel energie. Dus ik sta niet te trappelen om morgen dit voorbeeld te volgen. Niet eens zozeer vanwege de gevraagde inspanningen. Het staat me tegen om  nu al bezig te zijn om mijn kostje over twintig jaar veilig te stellen. Zouden de zorgverzekeraars niet een ietsjepietsje van hun opbrengsten kunnen afstaan om deze ontwikkelingen te stimuleren? Daar heb ik meer behoefte aan dan aan de gratis leefstijlcoach die mij zo graag wil bijstaan.
Of toch maar een huisje kopen op Kreta? Daar kan je elke dag in de schaduw van een oosterse plataan fantastisch mijmeren over het leven.

1 opmerking:

  1. Ja, mee eens, is er nog plaats voor alten? Ik meld mij direct aan,
    Hilde

    BeantwoordenVerwijderen