VERKOPERS VAN ZORG EN
WELZIJN
Ik moet voor mijn werk naar het gemeentehuis van Nieuwegein.
Dat noemen ze daar het Stadshuis. Als ik de hoge, glazen toegang door ben, sta
ik op een groot, overdekt plein. In het midden gaan een brede trap en een
glazen lift uitnodigend omhoog naar het licht. Het gebouw straalt gastvrijheid
en transparantie uit.
Op de 4e verdieping bevindt zich de Gildenborchzaal,
een vergaderzaal die geheel gevuld is met een reusachtige, ovalen
vergadertafel. Gedempt licht valt op de koffie- en theekannen. Eén van de lange zijden heeft een glazen wand. Dit
is de wereld van ontmoeting, debat en participatie.
De Gildenborchzaal stroomt vandaag vol met
vertegenwoordigers van alle lokale welzijns- en zorginstellingen, die je maar
kunt bedenken. Een stuk of veertig hebben een plaatsje aan de tafel weten te bemachtigen.
Er worden stoelen aangesleept om de andere belangstellenden een plekje te geven
op de tweede rij.
Wij zijn hier vandaag voor de brainstormsessie ‘verkenning
regionaal specialistisch team Lekstroom’. Dat heeft alles te maken met de
overheveling van budgetten voor de jeugdzorg en de maatschappelijke
ondersteuning naar de gemeenten.
Aan één punt van het ovaal, naast het scherm met de
powerpointpresentatie, staat een goed van de tongriem gesneden gespreksleidster
in mantelpak en op hoge hakken. Zij schetst in hoog tempo het beleidskader. Ondertussen
probeert een deelnemer tevergeefs een koffiekan naar de overzijde van de tafel
te schuiven. Er komen nog steeds vertegenwoordigers binnen.
De gespreksleidster heeft zich kennelijk voorgenomen om de
zaal eens lekker uit te dagen. Met de schouders naar achteren en de kin vooruit
blikt ze over de tafel. Er moeten resultaten worden geboekt vandaag! Wat mogen
bewoners van de Lekstroomgemeenten van jullie verwachten, waar sta je voor?
Na een aarzelend begin buitelen de sprekers over elkaar
heen. Het gaat van autistische kinderen naar dementerende ouderen, van
lichamelijk gehandicapten naar ‘multi-problem-problematiek’, van nieuwe
veelbelovende trainingen, naar zichzelf ondersteunende vrijwilligers.
Youpee, Participatio, In Paradisum[1],
of hoe de instellingen ook mogen heten, ze weten alle wat de cliënt nodig
heeft. Dat is wat zij zelf bieden. Er wordt niet naar elkaar geluisterd en er
wordt niet op elkaar gereageerd. Dit is de markt. Vertegenwoordigers zijn
verkopers.
Overheveling van budgetten, marktwerking en bezuinigingen
hebben er toe geleid, dat geen enkele instelling meer weet of zij over twee jaar
nog bestaat. Om te overleven moeten instellingen concurreren. Hulpverleners
worden ontslagen en marketingmedewerkers in dienst genomen.
Daarnaast wordt instellingen gevraagd om met elkaar samen te
werken, in de zorgketen of in wijkteams.
Concurreren en samenwerken gaan moeilijk samen.
Er ontstaan conglomeraten van instellingen, met managers die
van vergadering naar vergadering hollen, met businessmodellen en kengetallen
strooien en die de competenties bezitten om te verbinden, op te schalen en af
te schalen en slimme beslissingen te nemen.
Degenen die dit het beste kunnen, winnen de aanbestedingen
bij de gemeenten.
In Utrecht is het werk van de sociale wijkteams gegund aan Incluzio[2],
een nieuwe dochter van een schoonmaakbedrijf, dat zich nu ook op de markt
van zorg en welzijn richt. Uit het persbericht van Incluzio: ‘Het is een
pittige opdracht, maar we zijn er klaar voor. Wij hebben Radar aan onze zijde,
een zorg- en welzijnsorganisatie met een bewezen trackrecord in de kanteling
van het hele sociale domein’.
Dan weet je het wel. Waar gekanteld wordt, vallen er mensen buiten de boot.
‘Ons moederbedrijf Facilicom levert daarnaast extra
ontwikkelkracht’.
Bedoeld wordt dat schoonmakers de expertise hebben om duidelijk
uit te leggen wat er wel en niet kan: wij begrijpen uw wens, maar er staat in
het contract dat we u maar eenmaal per drie weken mogen douchen. Zou uw buurman
u kunnen wassen, mevrouw?
In het onderwijs en de zorg klinkt steeds luider de roep om
de invloed van de professional te versterken. Dat begrijpt Incluzio ook: ‘wij
willen de professionals die nu al in Utrecht werken graag een plek bieden in
onze organisatie. Zij zijn onze sterkste kracht en wij zullen er dan ook alles
aan doen om hen de ruimte te bieden en te faciliteren.’ Wat moet de door de ervaren
maatschappelijk werker die door deze reorganisatie op straat is gezet, hiervan
denken?
Het mantelpakje haalt mij uit mijn dagdromen. We moeten in
groepjes naar de flap-over. Netwerken!
Verkopen!
[1]
In verband met de privacy zijn deze namen gefingeerd
[2]
Niet gefingeerd, www.incluzio.nl, zie
onder nieuwsberichten, bericht d.d. 16-07-2014
Sterke aflevering!
BeantwoordenVerwijderenBen benieuwd wat je op de flapover hebt bijgedragen ...
Hilde