vrijdag 28 februari 2014

GEVOELENS VOOR HET VADERLAND
 
In San Francisco waren wij ooit aanwezig bij een baseballwedstrijd tussen de San Francisco Giants en de Philadelphia Phillies. Voordat de strijd op het veld losbarstte zette een volumineuze sopraan op de werpheuvel het Amerikaanse volkslied in. Het werd op slag doodstil op de volle tribunes. Iedere toeschouwer ging staan. Mensen zetten hun baseballpet af en draaiden zich, de rechterhand op het hart, naar de Amerikaanse vlag. Slechts op het moment dat de zangeres aan het einde even flink uithaalde, werd de stilte onder het publiek onderbroken door een ondersteunend ‘yeah’. Amerikanen zijn trots op hun land en zij laten dat blijken ook.
Zoveel vaderlandsliefde is er nooit door mij gestroomd. We hebben niet eens een vlag die wij voor het vaderland kunnen uitsteken. Ik moet bekennen, dat ik de laatste jaren nog wel eens een brok in mijn keel voel als ik het Wilhelmus hoor. Maar waar zich dat voordoet, is dat denk ik een brok die er al langer zit en niet één die uit patriotisme voortkomt.
Voel ik me wel eens trots op Nederland? Is er iets waardoor ik in het buitenland met de borst vooruit ga lopen? Ik zou niet goed weten wat.
Ik vind het aardig om te horen als men in het buitenland ons koningshuis so cute vindt en de tulpen so lovely. Ik beaam het als men onze voorliefde voor baggeren en droogmalen roemt en ben het natuurlijk volkomen eens met degenen, die vinden dat dat kleine Nederland altijd zo mooi voetbal speelt. En toen ik deze week las dat de firma ten Cate uit Nijverdal, voormalig fabrikant van onderbroeken, nu de chassis voor de nieuwe Alfa Romeo gaat leveren, begon er wel degelijk iets te gloeien in me. Als ik Berlusconi weer eens tegenkom, dan zal ik zeggen: ‘Lekker puh! Dat kan Dolce & Gabbana niet. Voor je zelfbeheersing kan je je beter een stevig chassis van ten Cate laten aanmeten. Hollands fabrikaat!’
Veel verder wil ik niet gaan.
Omgekeerd komen er genoeg affaires in mij op, waarover ik in het buitenland liever geen vragen zou willen horen. Leidenaren die een pedofiel op het schavot terecht willen stellen. Geert Wilders en het  Polenmeldpunt. Srebrenica. Mocht ik daar ooit komen, dan zou ik niet weten wat te zeggen. Juist vanwege het besef, dat als ik daar zelf gediend had, ik net zo vrolijk na afloop met Karremans de polonaise had gelopen.
Het minst wil ik herinnerd worden aan ons koloniale verleden, hoe Holland rijk werd van de slavenhandel in West-Afrika en hoe kapitein Westerling zijn executies uitvoerde in de kampongs van Zuid-Celebes.
De afgelopen tijd las ik het boek Na de bevrijding van Ad van Liempt. Dat gaat onder meer over de wijze waarop de Nederlandse politiek in de jaren na de Tweede Wereldoorlog geprobeerd heeft om de  macht in Nederlands-Indië te herstellen. Een onthutsende geschiedenis.
Een belangrijke reden voor het herstellen van het gezag was dat de inkomsten uit de koloniën weer op gang moesten komen. Dat het leger van 135.000 soldaten een miljoen gulden per dag kostte, geld dat niet aan de wederopbouw besteed kon worden, is een van de ongerijmdheden in deze geschiedenis. Na de verkiezingen in 1948 trok de KVP alle posities in het Indië-beleid naar zich toe. Onder de verhullende noemer politionele actie werd er een oorlog gevoerd die op tal van momenten nog voorkomen had kunnen worden. Het voortdurend wankelende kabinet kreeg het voor elkaar dat de Veiligheidsraad van de VN eensgezind een resolutie tegen Nederland aannam. Nederland werd de risee van de internationale gemeenschap en moest zich met de staart tussen de benen uit de archipel terugtrekken.
Ik zal niet verder uitweiden. Lees het boek van van Liempt. Het leest als een spannend verhaal.
Waarschuwing: lezen vergroot het risico op het verlies van vertrouwen in de politiek en kan leiden tot schaamte voor het aanzien van Nederland in de wereld.
Overigens, waarom zouden Amerikanen geen last hebben van dit soort schaamtegevoelens?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten