ANGST IN DE HAND
Ik heb er lang naar uitgekeken. Deze week is het zover: de
Week van de Veiligheid.
400 Jaar geleden lagen de
gevaren overal op de loer. Je kon beroofd worden op een landweg,
slachtoffer worden van de pest, verdrinken bij een dijkdoorbraak of omkomen in
een oorlog.
In de loop der tijd hebben we steeds meer gevaren weten te
bezweren. De dijken zijn verhoogd, besmettelijke ziekten zijn getemd. Er zijn
wel nieuwe gevaren bijgekomen, zoals het snelverkeer. Maar door veiligheidsmaatregelen
is het aantal dodelijke verkeersslachtoffers de laatste dertig jaar drastisch
afgenomen. De maatschappij is gericht op het indammen van gevaar en het
signaleren van risico’s. In auto’s, ijskasten en andere apparaten gaan lichtjes
flikkeren of piepjes klinken als er iets mis dreigt te gaan. Er zijn tal van
veiligheidseisen, zoals voor speelgoed, horeca en evenementen.
In het Westen en in Nederland leven we relatief veilig. Hoe
veiliger de omgeving, hoe minder angst. Zou je denken. De werkelijkheid is dat
het aantal angstige mensen enorm toeneemt.
Mensen zijn bang om de straat op te gaan, om afgewezen te
worden, om fouten te maken. Bang voor enge ziekten, computerinbrekers, vliegtuigen,
beestjes in het voedsel, gluten, pindakaas aan hun gehemelte. Je kunt het zo
gek niet bedenken of je kunt er bang voor zijn.
Ik ben geen uitzondering. Ik heb zelfs hele rare angsten. Als
dertienjarige kocht ik in 1965 bij Staffhorst in Utrecht het singletje Eve of Destruction van Barry McGuire.
Toen ik daarna de brug over de Catharijnesingel overliep hield ik mijn net
verworven aankoop zo krampachtig in de hand, dat ik pijn in mijn vingers kreeg.
Ik was bang dat ik het plaatje in het water zou gooien! Zo zal ik ook nooit in
een luchtballon stappen. Je zult maar de neiging krijgen om jezelf er uit te gooien.
Laatst zag ik in een documentaire een doorsnee Amerikaans
stel dat hun kinderen nooit alleen laat spelen. Ook al spelen ze in de omheinde
tuin, één van de ouders is erbij. De kinderen kunnen immers gekidnapt worden.
Deze ouders willen graag bij elke deur van de school twee bewapende agenten.
Dat brengt veiligheid.
Zo zijn we bezig onze angsten te beheersen.
En nu is er dan de Islamitische Staat, het kalifaat met de
wrede ideologie. Als IS deze praktijken voor zichzelf zou houden, zoals de
Mexicaanse drugsmaffia, dan zouden de zorgen wat minder zijn. Maar de dreiging
is op het goddeloze Westen gericht.
Je moet de jihadisten nageven, dat het hen gelukt is om met
een paar eenvoudige filmpjes de hele westerse wereld angst aan te jagen.
Misschien nog wel meer dan de plaatsing van de kruisraketten of de Russische
onderzeeërs op weg naar Cuba. Volgens sommigen zijn we weer bij de Eve of
Destruction beland.
In de media worden de gevaren van IS breed uitgemeten. Ik
wil dat gevaar niet onderschatten. De wereld wordt er onveiliger door.
Nederland wordt er waarschijnlijk onveiliger door. Maar zou alle aandacht voor
dit fenomeen de angst niet enorm aanwakkeren? Zouden we het niet een beetje in verhouding
moeten zien? De kans dat je omkomt bij een verkeersongeluk lijkt nog altijd een
stuk groter dan de kans dat je slachtoffer wordt van een terroristische
aanslag.
Volgens sommigen is de toename van de angst in deze
maatschappij juist het gevolg van het gegeven, dat wij in een veilige omgeving zijn opgegroeid. We
hebben daarom onvoldoende geleerd om met angst en lijden om te gaan. Daarom is het beter om niet alleen te focussen
op het verminderen van gevaren, maar ook op het accepteren dat angst iets is
dat bij het leven hoort.
Er zijn ook therapeuten die menen, dat we angst niet als een
probleem moeten zien, dat bestreden moet worden, maar als een ‘mogelijkheid tot
vrijheid’.
Ik ben erg voor nieuwe gezichtspunten, maar dit lijkt me er
toch een voor gevorderden. Ik denk dat ik in een luchtballon de vrijheid juist
zal vrezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten