DEPRI
Stel je hebt een hernia of je bent geopereerd aan een
gebroken heup. Dan heb je op een verjaardag wat te vertellen. Dan ben je
verzekerd van aandacht en medeleven.
Maar als je een depressie hebt gehad, dan hou je liever je
mond.
Een depressie, of een andere psychische stoornis, wordt
gezien als een vorm van persoonlijk falen. En praten over je eigen fouten doe
je niet.
Of, om het nog pregnanter te formuleren: als je je heup
gebroken hebt doordat je een fout gemaakt hebt bij het skiën, dan kan je dat rustig
vertellen. Maar in het geval van een depressie hangt het falen zo samen met
gevoelens, gedachten en gedrag dat je op een feestje niet op de openbare divan gaat
liggen. Dat is kenmerkend voor psychische problemen.
Afgelopen maandag is in Amsterdam het Depressie-Gala
gehouden. Deze feestelijke bijeenkomst was mede georganiseerd door de
psychiaters Esther van Fenema en Bram Bakker. Zij vinden dat je net zo
gemakkelijk over een depressie moet kunnen vertellen als over een hernia. Een
optocht van bekende Nederlanders uit de wereld van het amusement kwam vertellen
over de eigen depressie. Die BN’ers waren blijkbaar niet moeilijk te vinden.
Ik heb zelf een groot deel van mijn loopbaan in de
preventieve geestelijke gezondheidszorg gewerkt. Ik weet waar het over gaat en ik ben blij met
de aandacht voor depressie. Zo was het jaren geleden een enorme doorbraak toen
prins Claus verklaarde onder depressies te lijden. Ik juich daarom het doel van
dit Gala van harte toe. De bijeenkomst was een succes, het genereerde veel
media-aandacht. Dat heb je nodig voor een mentaliteitsverandering.
En toch. Er is iets dat mij stoort aan dit Depressie Gala.
Maar wat is dat?
Het gaat mij er niet om, dat het begrip depressie aan
inflatie onderhevig is. Woorden als depressief en depri zijn onderdeel geworden
van het dagelijks taalgebruik, wat tot vervaging van het begrip leidt. Maar daar
kunnen de organisatoren niets aan doen.
Hen valt evenmin te verwijten dat er nog veel
onduidelijkheden zijn rond het ontstaan van depressies. Er is geen onderwerp in
de psychiatrie waar de laatste jaren zoveel mensen op zijn gepromoveerd, maar
de resultaten van al die onderzoeken
zijn niet eenduidig. Zo kwam een promovenda vorig jaar tot de conclusie dat een
gelukkige jeugd vaker de voorbode is van een depressie op latere leeftijd.
Een depressie ontstaat nooit alléén door een stofje in de
hersenen. Ook de omstandigheden spelen een rol (bijvoorbeeld het verlies van
een dierbare) en een persoonlijke factor (je gedrag en je gedachten en
gevoelens). Daarin onderscheidt een psychisch probleem zich juist van een
fysieke aandoening zoals een hernia. Dat deze nuance in de publiciteit rond het
Gala verdwijnt zij de organisatoren vergeven.
Waar het mij om gaat, is dat voor het doorbreken van een
taboe en het anders denken over depressies een langetermijnstrategie nodig is.
Wij hadden in Nederland tot voor een paar jaar een prachtige
structuur voor de preventieve aanpak van psychische problemen. Vanuit elke
GGZ-instelling waren preventiewerkers actief in het geven van voorlichting en effectieve
cursussen. Voor een schijntje. In andere landen was men jaloers hierop.
De afgelopen jaren hebben de ziektekostenverzekeraars onder
aanvoering van minister Schippers deze structuur compleet om zeep geholpen. De
medewerkers zijn ontslagen, een grote schat aan expertise is verloren gegaan. Dat
zal met preventieprogramma’s in de somatische zorg niet gauw gebeuren. Ook op
het ministerie is de houding tegenover een hernia anders dan tegenover een
depressie.
In plaats van het dagelijkse preventieve werk is er nu een
eenmalig Amerikaans liefdadigheidsgala van enkele narcistische mediapsychiaters.
En terwijl wij jarenlang bij het ministerie van VWS hebben lopen sappelen voor
anonieme e-health voor jongeren met sombere gevoelens en we hierin steeds stuitten
op een kruideniersachtige bezuinigingsdrift, komt Edith Schippers in het zicht
van de camera’s opeens verklaren dat zij de preventie zo’n warm hart toedraagt
en tovert zij 10 miljoen euro uit een hoge hoed voor nog eens een volgend
onderzoek.
Daar word ìk nu een beetje depressief van.